"Die verschrikkelijke rotkinderen natuurlijk weer", foetert een bejaarde dame. Met verbijstering kijken we naar een oude fruitbomenmuur van een Haags landgoed, waarin een groot gat gaapt.
Tja, daar sta je dan als moeder van twee kinderen, die de hele wandeling lang aan de lippen van de natuurgids gehangen hebben en die nu alles weten over de venijnboom, nijlganzen, gekartelde aurelia's en zelfs het verschil kennen tussen Groot Hoefblad en Japans Hoefblad. Die nauwkeurig hebben gekeken dat ze de boshyacinten en het speenkruid niet per ongeluk vertrappen. Die de boombast afgespeurd hebben om de boomklever te ontdekken. En die met grote zorgvuldigheid de stukjes folie van de paaseitjes opbergen in hun jaszakken om daarmee het bos niet te bevuilen.
"Je mag de jeugd niet overal de schuld van geven", spreekt een andere vrouw haar tegen. De eerste vrouw haalt haar schouders op en zwijgt.
De gids heeft de woordenwisseling niet gehoord en begint aan zijn uitlegpraatje. Het gat is veroorzaakt door een grote omgewaaide boom.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten