dinsdag 17 april 2012

Journalistiek begint altijd met een idee

Als één werkveld dringend behoefte heeft aan meer en betere ideeën, dan is het wel de journalistiek, vindt Karel van den Berg. De mogelijkheden voor ideeontwikkeling legde hij vast in het handboek Bedenk eens wat nieuws, dat tegelijkertijd een dringende oproep is tot vernieuwing in de journalistiek.

Journalist Karel van den Berg weet het zeker: de toekomst van zijn geliefde vak ligt in het onderkennen van de creatieve, scheppende dimensie van het beroep. Meer dan ooit zijn onderscheidende ideeën van levensbelang voor de vrije pers als maatschappelijke factor en economische sector. Want nieuws begint vaak met een gebeurtenis, journalistiek begint altijd met een idee. Niet alleen voor onderwerpen en invalshoeken, maar zeker ook voor formats en verdienmodellen.

Zelf raakte Van den Berg (sinds 1988 actief bij kranten en omroepen) nieuwsgierig naar een antwoord op de vraag of je creativiteit kunt regelen, organiseren en stimuleren. Hij volgde daarvoor bij het Centrum voor Ontwikkeling van het Creatief Denken (COCD) de opleiding tot creativiteitsdeskundige. Had hij dat maar twintig jaar eerder gedaan, verzucht hij op één van de pagina's. Want de mogelijkheden om meer en betere ideeën te halen uit journalisten zijn inderdaad eindeloos.

Als volgende stap onderzocht hij de ideeontwikkeling op journalistieke beroepsopleidingen en redacties van alle typen media, in alle journalistieke genres, in binnen- en buitenland. De neerslag van dit onderzoek tekende hij op in het manifest Nieuws dat verzin je niet, dat als digitaal document bij het boek verkrijgbaar is.

Schrikbarend weinig aandacht voor ideeontwikkeling
Zijn bevindingen zijn niet om vrolijk van te worden: gerichte ideeontwikkeling krijgt op veel redacties schrikbarend weinig aandacht. Hoewel veel journalisten vinden dat ze een creatief beroep hebben, besteden journalistieke opleidingen en redactieteams nauwelijks bewuste aandacht aan de goede inrichting van het creatieve proces.

De redactievergadering gaat vooral over de taakverdeling. Chefs domineren de richting van het gesprek of sluiten bepaalden denkrichtingen af. Ook de andere deelnemers nemen al snel een kritische houding in: wat een beetje afwijkt van het patroon, schiet een doorgewinterde journalist vroegtijdig af.En als er al een brainstorm gehouden wordt, gaan de deelnemers weer snel over tot de orde van de dag.

Wat ook niet meehelpt is dat veel journalisten creativiteit eerder in verband brengen met vorm (‘een verhaal opleuken’) dan met de belangrijke inhoud, waarin de feiten heilig zijn. Ze vinden creativiteit al snel te vrijblijvend, te tijdrovend en te ver verwijderd van de harde werkelijkheid. Niks dus voor de snelle nieuwsjagers en blaffende waakhonden van de democratie.

Vondst van een goed idee is kern van het werk
Zo is ideeontwikkeling de sluitpost bij redacties die het als hun hoogste taak beschouwen om als eerste het meest actuele nieuws te brengen. En dat terwijl kennis en toepassing van het creatieve proces tot enorme verbeteringen kunnen leiden. "Talent is een factor, maar de voltallige journalistieke stand kan naar de hoogste klasse promoveren door de juiste training, houding, nuttige aanwijzingen en optimale omstandigheden", stelt Van den Berg terecht.

Natuurlijk kunnen journalisten in de dagelijkse hectiek niet voor elke tweekolommer een heisessie houden. Maar ideeontwikkeling kan ook door tien minuten na te denken over een gerichte invalshoek, die past bij het 'merk' van het medium. Een agrarisch magazine pakt een onderwerp anders aan dan NRC Handelsblad. De vondst van een goed journalistiek idee is bovendien geen verloren tijd maar core business.

“Van een journalist mag je juist ideeën verwachten", stelt Van den Berg. "Als een journalist die feiten niet voorziet van een goede invalshoek of geen waarde toevoegt, zegt ongeveer hetzelfde als: alstublieft, een internetverbinding, zoek het zelf uit. Maar voor dat uitzoeken huurt het publiek nu juist journalisten in.”

Uit zijn veldonderzoek vloeit het boek Bedenk eens wat nieuws voort, dat bedoeld is als handboek voor journalistieke ideeontwikkeling. Het boek heeft een mooi vormgegeven harde omslag, maar het ligt daardoor slecht in de hand en blijft niet open liggen. Onpraktisch voor een handboek.

De vele tips en adviezen zelf zijn echter meer dan de moeite waard, óók voor professionals in andere sectoren die met ideeënarmoede kampen. Van den Berg kent de journalistieke wereld van binnenuit en kan dus ook direct verbindingen leggen met de hectische praktijk. Het boek is scherpzinnig en beeldend geschreven, zoals je mag verwachten van een journalist.

Veel tips zijn direct toepasbaar in de redactiepraktijk, zoals deze drie:

  • Vraag naar denkbeeldige reacties bij onverwachte bronnen

    Bel in je gedachten met president Obama voor een reactie op het parkeerprobleem in de binnenstad. Bespreek de tekorten op het schouwburgproject met het Kremlin. Associeer op hun uitspraken, redeneer terug naar je onderwerp en kijk of het je op nieuwe vragen en observaties brengt.
  • Werk met beeldspraak

    Beeldspraak brengt je op nieuwe gedachtesporen. Een mooi voorbeeld van denken in beeldspraak is deze: ‘Brandweercommandant Rutte heeft een politieke pyromaan omarmd in zijn korps dat de maatschappelijke veenbrand moet bestrijden.’
  • Schuif eens aan bij een andere deelredactie

    Doorbreek de koninkrijkjes op de redactie. Laat de buitenlandexpert aanschuiven bij de redactievergadering van de sportredactie en andersom.

Het is een grote uitdaging om dit creatieve proces in de praktijk in te passen, zeker als ook de cynici erbij betrokken moeten worden. Toch ziet Van den Berg ook hier mogelijkheden, bijvoorbeeld door het redactieproces anders in te richten.

Ideeën hebben namelijk tijd nodig om te bubbelen, want het kan even duren voordat je brein nieuwe verbanden ontdekt. De redactie kan schuiven met activiteiten, overleg- en beslismomenten, waardoor de bedenktijd tussen de startvraag, beslissing en uitvoering opgerekt wordt. Kijk bijvoorbeeld hoe je ver voor de deadline al mogelijke onderwerpen kunt laten aandragen, suggereert hij. Draag grote thema’s aan en vraag er over een week de ideeën bij voor de uitwerking.

Til de ideevorming over het weekend heen, want juist in periodes van ontspanning ontstaan de beste invallen. De redactie van Libelle begint zelfs al een jaar van te voren met de brainstorm voor de kerstspecials, zo was onlangs in een televisiedocumentaire te zien. Die tijd is nodig om het onvermijdelijke agendapunt van kerstfeest ieder jaar weer van de broodnodige frisse invalshoek te voorzien.

Aan het slot van zijn handboek adviseert Van den Berg journalisten eens een museum of onbekende stad te bezoeken of met professionals te praten buiten hun eigen jachtterrein. Die grondige nieuwsgierigheid, altijd en overal, zou je van een journalist sowieso mogen verwachten. En eigenlijk van iedereen die regelmatig wat nieuws moet bedenken.

Karel van den Berg, Bedenk eens wat nieuws. Handboek voor journalistieke ideeontwikkelingUitgeverij Haystack, 2011. Het boek is onder meer te koop bij Managementboek.nl. Via dit boek kunnen lezers ook het document Nieuws dat verzin je niet. manifest voor het journalistieke idee downloaden. Prijs: € 26,95.
Lees ook het vervolgstuk dat ik schreef naar aanleiding van dit boek over het belang van een eigen verhaal voor professionals en organisaties:



Mis het volgende artikel over ideeën niet

Sigrid van Iersel werkte 15 jaar als dagbladjournalist en is nu actief als zelfstandig journalist en schrijver van non-fictieboeken. Ze is mede-auteur van het boek Lenig Denken over creatieve denktechnieken.

Toverballen voor het brein

Verhalen maken je nieuwsgierig en sporen aan om door te lezen. Het e-book Toverballen voor het brein doet uit de doeken hoe je deze verhaalkracht en andere technieken op het gebied van storytelling kunt toepassen in informatieve teksten, zoals journalistieke artikelen, websites, brochures en andere teksten. Laagje voor laagje ontsluiert het boek de geheimen van verhalen en vertelt wat je er in teksten mee kunt doen. Lees hier meer informatie over Toverballen voor het brein.

Geen opmerkingen: