vrijdag 29 augustus 2008

Zee-oogst

Je gaat naar het strand op Goeree Overflakkee en je neemt enkele plastic bakjes mee, evenals een schepnet en twee nieuwsgierige jongens. Na dik twee uur struinen was er een rijke oogst: diverse soorten veren, stukjes krab, allerhande schelpen, een assortiment aan zeewier, een stuk visnet en het broze skelet van een zee-egel.
Op de terugweg liepen we langs een breed pad, dat een bramenstruikavenue bleek te zijn. We hebben er heel lang over gedaan om dat pad af te lopen!





donderdag 28 augustus 2008

Het beslissende moment

Bestaat er een moment waarop je leven een andere wending krijgt? Een gebeurtenis die je een bijzonder inzicht geeft, waarna het leven nooit meer hetzelfde is?

Ik denk terug aan 1988. Ik was tot mijn verrassing uitverkoren om stage te lopen op de kunstredactie van de regionale krant. Zo kon ik eindelijk uitvinden of het beroep van journalist niet alleen een droombaan is, maar ook de realitycheck kon doorstaan.

De kunstredactie had lol in die ijverige stagiairs van de universiteit, die zich uitleefden op de mooiste volzinnen en scherpste recensies. Behalve een groots afscheid in het café (al was er geen extra aanleiding nodig om het zogeheten ‘bijkantoor’ te bezoeken) werd iedere stagiair getrakteerd op een prestigieuze eindopdracht. Je mocht je held naar keuze interviewen voor een mooie plek in de zaterdagkrant.

Over mijn interviewkandidaat hoefde ik niet lang na te denken: Hella Haasse. Het probleem was dat ze in Saint Witz woonde, een dorpje op het platteland ten noordoosten van Parijs. De hoofdredacteur vergoedde graag de reiskosten voor de stagiairs, maar een reis naar Frankrijk was hem te bar. Tweede probleem was dat Hella Haasse niet op een interview van een Nederlandse studente/tijdelijke kunstredacteur zat te wachten. Via haar uitgeverij hield ze de boot af.

Toen ik samen met Willem onze kampeerreis naar Rome zat te plannen, kreeg ik een waanzinnige inval. Want we konden de treinreis naar Italië via Parijs laten lopen en vandaar uit een uitstapje maken naar Saint Witz! Ik liet de uitgeverij weten wanneer en hoe laat we in Parijs zouden arriveren. En het wonder geschiedde: Hella Haasse was toch bereid ons te ontvangen. Sterker nog: ze bood aan om ons op Gare du Nord van de trein te halen, zodat we niet de hele reis naar het platteland hoefden te ondernemen.

Op het afgesproken tijdstip stond ze inderdaad aan het einde van het lange perron op ons te wachten. Mild glimlachend, zoals een oma haar kleinkinderen ophaalt. Ze voerde ons en onze rugzakken vol kampeerspullen mee naar het stationsrestaurant, waar ze trakteerde op een complete maaltijd. Ze informeerde belangstellend waar we in Italië precies naar toe gingen, het land dat zij zelf uitputtend had bestudeerd en beschreven in enkele van haar beroemdste boeken.

In onze verkreukelde kleren voelden we ons wat ongemakkelijk temidden van de fonkelende glazen en schalen met schelpdieren van het restaurant. Hella Haasse legde geruststellend uit wat er op de kaart stond en bestelde in vaardig Frans onze gerechten. Vervolgens ontdekte ik dat het buitengewoon onhandig is om te eten, te interviewen én notities op te schrijven. Een leerzame les voor de rest van mijn journalistieke loopbaan.

Met mijn voortvarende aanpak om dit interview te regelen, had ik mijzelf verrast. Resterende twijfels over journalistieke ambities smolten ter plekke weg. Bovenal kreeg ik een intrigerend verhaal van een vrouw te horen, die haar leven in dienst gesteld had van de verbeeldingskracht. Met name haar onuitputtelijke ideeënbron vond ik inspirerend. "Ik heb meer ideeën dan tijd van leven", zei ze toen.

Dat leverde een prachtverhaal op voor de krant. Toch zit me achteraf één ding niet lekker, namelijk dat ik haar ouderdom zo uitgebreid heb aangeroerd tijdens dat gesprek. Op dat moment was Hella Haasse 70 jaar en dat vond ik blijkbaar hoogbejaard. Nu, 20 jaar later, is ze er nog steeds. Gelukkig heeft ze nog heel veel tijd van leven gekregen.

woensdag 27 augustus 2008

Meer prikkeldingen, meer inspiratie

"Met behulp van een breinstorm zien we de interessantste prikkeldingen", stelde Marten Toonder. En deze prikkeldingen leiden weer tot nieuwe inspiratie. Het zijn speldenprikjes in onze hersenen, die ons verder aan het dromen of denken zetten.

Om inspiratie op gang te brengen, zijn onze zintuigen vaak de eerste ingang. Met muziek kun je bijvoorbeeld uitstekend creativiteitsimpulsen toedienen. Elk nummer of compositie roept bepaalde associaties op. Die associaties helpen je aan nieuwe beelden en ideeën, die je helpen bij je probleem of vraag. Ook geuren, klanken en smaken prikkelen de hersenen met nieuwe associaties.

Gedichten zijn eveneens geschikte prikkeldingen. "De kern van poëzie is dat er even iets gaat zweven", zei popmuzikant/componist Tom Amerika in NRC Next (22 augustus 2008). "Opeens is er even een moment dat het leven zin heeft."

Wie regelmatig geprikkeld wil worden om in een creatieve bui te raken, kan zijn eigen prikkeldingen verzamelen.
  • Hang prikkelende foto's of moodboards op bij je werkplek.
  • Leg een verzameling bookmarks van websites aan in je eigen deli.cio.us, dat op die manier dienst doet als een digitale knipselmap.
  • Zorg voor geuren en kleuren. De geur van gemaaid gras, vers gebakken brood, een knapperend haardvuur raken bij vrijwel iedereen een gevoelige snaar.

dinsdag 19 augustus 2008

Tien manieren om je muze aan de haak te slaan

Je hebt een vaag idee in je hoofd, je hebt tijd vrijgemaakt en je zit klaar om te beginnen.... en dan ga je toch liever je huis opruimen, je administratie doen of een onbenullig klusje afhandelen. Dat alles in de hoop dat de muze toch langs dwaalt en dat er een goddelijke vonk van inspiratie overslaat.

Helaas lukt het in dit soort omstandigheden vaak niet om je muze alsnog aan de haak te slaan. Het gevolg is dat je ontevreden wordt of zelfs gefrustreerd raakt. En dat terwijl je weet dat de energie voluit door je aderen zal stromen als eenmaal de creatieve sluizen opengaan...

Maar als wachten op de muze niet werkt, hoe kom je dan wel tot creatief werk?

1. Sta vroeg op.
Breindeskundigen zeggen dat de geest dan het helderst is.

2. Introduceer eenvoudige rituelen.
Rituelen kunnen manieren zijn om in een bepaalde stemming te komen voordat je begint. Kies bij voorkeur een ritueel met een geur (geurkaars of wierook). Geuren zijn krachtige ontstekingsmechanismes, die de overgang naar een creatieve fase kunnen markeren. Of kies voor een het aansteken van een speciale kaars, een kop thee of koffie, etc.

3. Zorg voor regelmaat.
Maak van je creatieve werk een vaste gewoonte: iedere dag of iedere week op een vast tijdstip. Dat maakt het makkelijker om gewoon aan de slag te gaan.

4. Zonder je af.
Zorg voor een aparte plek voor je creatieve werk, zodat je niet afgeleid wordt. Die klusjes kunnen wel even wachten.

5. Creëer rust.

Sommige mensen hebben baat bij bidden, meditatie of een andere manier om het hoofd leeg te maken. Mediteren stimuleert bovendien de samenwerking tussen de rechter- en linkerhersenhelft en daarmee de creativiteit.

6. Stem de muziek af op je werk.

Creativiteit ontstaat als de geest ontspannen is en toch alert. Een hele directe manier om dit te bereiken is het luisteren naar instrumentale barokmuziek of new-agemuziek. De hersens komen door deze geluidsgolven in de zogeheten 'alfastaat', een lagere frequentie dan gewoonlijk.

7. Zoek inspiratie
.
Kom bijvoorbeeld op gang met één van de honderd ideeën van kunstenares Keri Smith.

8. Begin gewoon.
Ga wat schilderen, fotograferen, schrijven, muziek maken of wat je maar van plan was om te gaan doen. Wát je maakt, doet er niet toe. Zie het als een warming up, al gaandeweg kom je tot concretere ideeën.

9. Accepteer omtrekkende bewegingen.
Tot op zekere hoogte hoort vertraging erbij. 'Potloden slijpen' is een hulpmiddel om te zien wat de beste manier is om aan het werk te gaan. Soms moet je je ideeën van diverse kanten bekijken, bevoelen of uitproberen voordat je weet hoe je ze te lijf gaat.

10. Koester geen hoge verwachtingen.
Schilder om het schilderen, schrijf om het schrijven, fotografeer om de lol in het fotograferen. Als je er verder geen hoge verwachtingen van koestert, verlaag je voor jezelf enorm de drempel om eraan te beginnen.

Kortom: ga aan de slag en de muze komt vanzelf langs!
De juiste gemoedstoestand voor scheppend werk wordt gekenmerkt door regelmaat, bescheidenheid, bestendigheid en volharding.
- Le Corbusier



zondag 17 augustus 2008

Voor altijd zomer


“De hemel weifelt tussen Constable en Turner” noteerde schrijver Erwin Mortier deze week in zijn Hollands Dagboek, vandaag gepubliceerd in het NRC. Een prachtige zin, die inderdaad helemaal de weersomstandigheden van de afgelopen week karakteriseerde.

Hoe beroerder het weer, hoe meer ik ga kookdromen. Ik krijg allerlei visioenen van zwoele zomeravonden, lange tafels met vrolijke mensen en de prachtigste gerechten. Cantaloupesoep met prosecco! Hartige pastei! Spaanse tomatentaart! En vooral ook de kruidenrisotto met aardbeien!

Terwijl in onze tuin de takken naar beneden kletterden door de stormwind, was de idylle van de eeuwige Provencaalse zomer deze week wel heel ver weg. Op zo’n moment vrees ik dat Nigella Lawson volledig gelijk heeft als ze schrijft dat de zomer vooral ‘een idee is, een herinnering, een hoopvolle projectie’. Maar juist daarom, schrijft ze in haar kookboek Voor altijd zomer, moet je vooral doorgaan met het bereiden van zomerse gerechten, omdat die wel altijd zonnige behaaglijkheid oproepen. Juist als buiten de wind om het huis giert, moet je zelf het luie gevoel bezorgen dat je alle tijd van de wereld hebt om onderuit te zakken en gezellig met vrienden te eten in lome stoelen.

Dus heb ik de afgelopen dagen heel wat kookboeken weer doorgebladerd en allerlei recepten de revue laten passeren. De kinderen werden aangestoken door mijn kookdrang en deden al even enthousiast mee. We hielden krijgsraad en gingen op strooptocht naar supermarkt en groentekraam om volop fruit, paprika’s, tomaten en verse munt in te slaan. Vervolgens stonden ze hun eigen pannenkoeken te bakken, aardbeienjam te koken en frambozenijsjes te fabriceren.

En toen werd het ineens toch mooi weer. Mijn zomerkookdromen verdwijnen dan als sneeuw voor de zon. De keuken in? Nee, ik blijf liever in de tuin. Maar toen konden we wel mooi die frambozenijsjes testen.