Zij doet een groot deel van haar inspiratie op bij B-films en platte televisieseries. "Het is vaak toeval waardoor je een ontdekking doet", zegt ze. Piët is dan ook heilig overtuigd van het belang van serendipiteit. "Om het toeval te zoeken, moet je niet alleen naar de dingen met een hoofdletter kijken, maar ook naar ordinaire dingen. Ik lees dan ook te hooi en te gras. Zware wetenschappelijke, filosofische of psychologieboeken en tegelijkertijd een Grisham."
Behalve een veellezer is Piët ook een veelschrijver. Haar schrijfdrang vloeit voort uit de dringende behoefte om opruiming in haar hoofd te houden. Ze geeft nieuw verworven kennis een plaats om zelf weer open te staan voor nieuwe dingen. Al schrijvend brengt ze structuur aan in haar sluimerende gedachten en maakt ze intuïtief aangevoelde verbanden expliciet.
Dit is een mooie illustratie hoe inspiratie kan werken: aan de ene kant zet ze haar brein open voor allerlei verschillende bronnen. Aan de andere kant laat ze de inspiratie via haar computerscherm weer haar hoofd uitvloeien, zodat ze haar lezers aan het denken kan zetten.
Piët weet niet eens bij voorbaat waar een boek precies over zal gaan als ze gaat schrijven, want tijdens het schrijfwerk treden regelmatig verschuivingen op. Haar boek over de emotiemarkt zou bijvoorbeeld eerst een boek worden over heldendom. Dat is helemaal mooi: al schrijvend je aan het toeval overgeven.
"Ik weet nooit wat ik ergens over denk, totdat ik lees wat ik er over heb geschreven."
- William Faulkner
Geen opmerkingen:
Een reactie posten