Het bezit van geld levert kinderen soms onthutsende kopzorgen op.
Ik had Jasper en Niels hun zakgeld uitbetaald, wat voor Niels wekelijks aanleiding is om al zijn briefjes en muntjes te tellen. Jasper de Rekenaar weet de uitkomst al. "Je moet nog 59 weken sparen voor je Playmobil Dolfinarium", zegt hij behulpzaam.
Daar zit je dan als moeder, die kinderen wil ontmoedigen hun net verworven zakcentjes meteen over de balk smijten. In plaats daarvan zijn ze overgegaan tot een spaarplan dat in dit tempo zeker enkele jaren in beslag gaat nemen. Behalve het Dolfinarium heeft Niels namelijk nog enkele andere prijzige Playmobildozen op zijn verlanglijstje staan.
Ik probeer te bedenken hoe ik kan stimuleren om haalbaarder spaardoelen te kiezen. Maar Niels is alweer aan het woord. "Eigenlijk kan ik niet leuker spelen als ik méér speelgoed heb", zegt hij. Ik kijk hem onderzoekend aan. Reproduceert hij een eerdere opmerking van ons of meent-ie het echt? Hij is in volle ernst. "Ik voel mij gedwongen om wat te verzinnen voor mijn verlanglijst", verklaart hij zijn speelgoedverzameldrang.
Gelukkig heeft hij geen moeite om van koers te veranderen. Een hele mooie doos met knutselspul lijkt hem ineens ook wel wat. Mij ook. Het is in ieder geval een aanschaf waar hij nog wat aan heeft vóórdat hij in de puberteit belandt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten