Ik denk nog wel eens aan Giovanni. Een levendig vierjarig jongetje met donkere krullen, dat bij onze zoon in de klas zat.
Giovanni was helemaal gek op hem. Alle middagen die daarvoor beschikbaar waren, wilde hij bij ons thuis komen spelen. Samen hadden ze buitengewoon veel lol. De juf had vaak moeite met Giovanni, omdat hij niet goed in het gareel te krijgen was. Maar bij ons thuis luisterde hij prima. Het was leuk om te zien wat een onwaarschijnlijk groot doorzettingsvermogen het kereltje had. Hij had nog nooit gefietst, maar hij moest en zou het leren. Want Jasper, zijn grote voorbeeld, kon het immers ook al.
Zijn moeder was ons ontzettend dankbaar dat Giovanni zo vaak bij ons kon komen spelen. Ze woonde in een Blijf-van-mijn-Lijf-huis, waar kinderen nauwelijks ruimte hadden om zich uit te leven. Om het gebrek aan tegenbezoekjes te compenseren, bracht ze vaak snoep, kleine cadeautjes of zelfgebakken cake mee. En Giovanni, die na afloop meestal niet met haar mee wilde, stelde ze allerlei speelgoed in het vooruitzicht 'als ze een eigen huis zouden hebben'.
In het opvanghuis hadden ze geen ruimte voor het bergen van fietsen, skateboards en ander speelgoed, maar zeker ook geen geld. Haar ex had haar niet alleen mishandeld, maar ook met torenhoge schulden achtergelaten. Met behulp van een maatschappelijk werkster probeerde ze haar leven weer op de rails te krijgen. Ondertussen was ze ook nog belast met de zorg voor de oudere broer van Giovanni: een jongen die zowel geestelijk als lichamelijk gehandicapt was en erg veel aandacht vroeg.
Aan het einde van het schooljaar kreeg ze een flatje toegewezen aan de andere kant van de stad. Ze vond het erg verdrietig dat ze de wijk uit moest. En ze moest ook Giovanni troosten, die beslist niet naar een andere school wilde. Desalniettemin zette ze er de schouders onder om er het beste van te maken. Huisraad die wij niet meer nodig hadden, nam ze dolblij in ontvangst.
Enige tijd later nodigde ze ons uit om op bezoek te komen. Ze was geweldig gastvrij en had enorm haar best gedaan op het eten dat ze ons voorschotelde. Jasper had snel weer andere vriendjes gekregen, maar Giovanni bleek nog altijd verslingerd te zijn aan Jasper. Speelgoed was er inmiddels wel in het flatje, maar ook in haar nieuwe woning konden de kinderen nauwelijks uit de voeten. Voor kinderen die willen rennen en stoeien was het gewoon te krap. En de kinderen naar buiten sturen, dat durfde ze niet aan.
De wijk waar ze woont, is één van de veertig probleemwijken, die minister Vogelaar de komende jaren wil omvormen tot prachtwijken. De afgelopen jaren zijn er veel toestanden geweest met jongeren, die de buurt terroriseerden en op auto's dansten. De gemeente vond de sfeer zo dreigend dat er enige tijd een verbod op samenscholing gold. Geen fijne omgeving voor kinderen om op te groeien.
Ik ben benieuwd hoe het verder gaat met Giovanni.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten