Bedrijven gaan pas aan de slag met innovatie als ze tegen hun bestaande grenzen aanlopen. Dat zegt innovatieversneller Gijs van Wulfen in het interview op zijn splinternieuwe website over de VOORT-innovatiemethode.
Bedrijven zijn niet bezig met de klanten en trends van morgen als daar geen dringende noodzaak toe is. Geen enkel bedrijf komt bij hem om te 'mogen' innoveren. Pas als de noodzaak zich aandient - en mogen in moeten is veranderd - , willen bedrijven daarmee aan de slag. Dat geldt ook voor grote concerns, zoals telecombedrijven en de voedingsindustrie. Natuurlijk zeggen grote bedrijven dat ze continue bezig zijn met innovatie, is de ervaring van Gijs. "Maar in de echte praktijk is innovatie net het milieu. Je doet er pas echt iets aan als het 'moet'."
Dan moeten er vervolgens ook snel concrete resultaten geboekt worden. Bedrijven willen niet terugkeren met een vaag idee of een mooie moodboard, maar met een concreet businessplan. Het gaat er dus om de ideeën out of the box zo snel mogelijk weer in the box te krijgen. Innovatie is pas 'af' als klanten de nieuwe producten kunnen kopen.
Een moderne manier om snel veel ideeën bij elkaar te krijgen, is crowdsourcing. Gijs van Wulfen heeft er zijn bedenkingen over. "Het zijn allemaal ideeën die aangedragen worden door anderen", vindt hij. "Je moet zelf ook zelf ideeën hebben waar de markt op zit te wachten. Er komen best wel goede ideeën uit, maar het is niet hèt middel om innovatief te worden."
Meer over innovatie:
- De fietsstoeltjesfabrikant en de creatieve consument
- Hoe je een nieuw vrouwenblad bedenkt
- Slimmer omgaan met ideeënmakers
Geen opmerkingen:
Een reactie posten