woensdag 1 november 2006

Land van toeschouwers

Steeds minder mensen zijn lid van een vereniging, doen vrijwilligerswerk of brengen hun stem uit. Ons land dreigt een land van toeschouwers te worden, zegt hoogleraar pedagogiek Mischa de Winter. Mensen moeten daarom geactiveerd worden om weer mee te doen met de samenleving. En kinderen moeten dat van jongsaf aan al leren in het onderwijs. De school is immers een soort samenleving in het klein. Sommigen trekken daar een vies gezicht bij, want burgerschapsvorming lijkt een hoog spruitjesgehalte te hebben.

Ondertussen floreert op de scholen een hausse aan projecten en projectjes. De Dag van Respect bijvoorbeeld, of de verkiezing van de LeuQste Klas van Nederland. Leerlingen geven ouderen een paar uur computerles, doen een dagje parlement, maken een historisch boekje of lopen een maatschappelijke stage. Voor veel scholen is intercultureel onderwijs, sociale vorming en milieu- en mensenrechteneducatie al lang bekend terrein, dat nu gewoon voortgezet wordt onder de vlag van ‘actief burgerschap’.

Maar wat is dat nou eigenlijk, dat Nederlandse burgerschap? Een bezinning daarop komt nauwelijks van de grond. Het zou over gezamenlijke normen en waarden moeten gaan, maar scholen lijken zich daar liever niet aan te willen branden. Uit een onderzoek van Teleac blijkt dat een aanzienlijk deel van de ouders moeite heeft met gelijke behandeling van mensen met verschillende rassen, sekse, seksuele geaardheid en godsdienst. En dan sta je als leraar lekker in je hemd met je lessen over bevordering van gelijkheid.

Zonder helderheid over onderwerpen als identiteit, verdraagzaamheid en omgaan met verschillen blijven de activiteiten onder de vlag burgerschap toch wel wat vrijblijvend. Heel anders dan in Amerika, waar kinderen dagelijks een eerbetoon brengen aan de vlag en daarmee ook aan waarden als vrijheid en onafhankelijkheid. Maar sommige kinderen groeien daar ook op met verhalen over Amerikaanse helden die anderen kunnen inspireren, zoals Abraham Lincoln en Martin Luther King.

En wij hadden hier toch ook net een nieuwe canon voor het geschiedenisonderwijs? Erasmus of Anne Frank bieden bijvoorbeeld nieuwe aanknopingspunten om burgerschap op onze eigen manier inhoud te geven. En wellicht ook Annie M.G. Schmidt, oer-Hollands symbool van verzet tegen burgerlijke spruitjeslucht.

Geen opmerkingen: